Welkom op de website van biljartvereniging Club '70 te Beverwijk
Parkinson
Het
is een poosje geleden dat ik mijn laatste column schreef. En tot nu kwam er van alles tussen om de volgende te schrijven. Laatste week van juli ben ik met een begeleidster/vriendin naar Wenen geweest. Vooral familie bezocht en heel veel muziek in de stad gehoord
en beleefd.
Weer thuis heb ik een poosje lichamelijk een flinke dip gehad. Geen energie en hartkloppingen. Met verwijzing naar de cardiologe in het Ziekenhuis. Echo gehad en andere pillen. Medicatie noemen ze dat tegenwoordig. Deze week controle. Alles
was goed (over een half jaar terugkomen). En mijn energie komt ook weer en beetje terug. En het is prachtig dat ik dat buitenhuisje in Vijfhuizen heb. Daar kun je werkelijk 100% genieten van buiten en de zon en de natuur. En bijkomen.....
Vorige week had ik ook weer eens de moed om in het atrium wat andere mensen te ontmoeten en te spreken. En deze keer kreeg ik van de voorzitter van de cliëntenraad een verhaal van een echtpaar dat heel toevallig op mijn gang / schuin tegenover mij woont. Het ging over hun gezondheid. Hoe kan dat ook anders in een verzorgingshuis.
Ik besloot bij hen kennis te maken en wellicht daar wat over te schrijven.Dat initiatief was niet voor niets. Hartelijk ontvangen met koffie door G. en B. van K. Zij hebben 2 dochters ,waarvan de een in Haarlem en de andere in Amstelveen woont. Dus besloten ze hun prachtige boerderij-woning in Aerle-Rixtel (Noord Brabant) te verkopen en hier in Haarlem een onderkomen te zoeken. Dat werd dus hier, bij mij op de gang. Dichterbij de kinderen en verzorging vlakbij. Want dat laatste was nodig. Bij haar (B.) was 10 jaar geleden de ziekte Parkinson geconstateerd. B. wist nog precies wanneer ze het voor het eerst merkte. Op de dag van de kroning van Willem-Alexander en Maxima wilde ze haar tanden poetsen maar het leek of ze verlamd was. Heel langzaam en geen controle.
In de jaren erna werd het steeds erger. Veel medicijnen en zeer lastig te dragen ongecontroleerde bewegingen.
Toen ze hier kwamen wonen (een kleine 3 jaar geleden) was zij uitgeput.
De hele dag zwaaiende bewegingen met haar boven-lichaam. Geen seconde stil zitten. 3 tot 4 uur slapen overdag om weer een beetje uit te rusten. Met stok en rollator voetje voor voetje voortbewegen. Al het werk moest door G. gedaan worden. En hij werd ook geraakt
door haar voortdurende geschud. Het ging dus niet goed met het echtpaar.
Toen kregen ze (¾ jaar geleden) van de specialisten een bericht dat ze een nieuwe geneeswijze bij haar wilden proberen. Midden in de coronatijd werd er in Den Haag tijd en
ruimte vrij gemaakt om haar onder handen te nemen. Ze werd geopereerd.
Er zouden twee electrodes van bovenaf in de hersenen geplaatst worden en dan verbonden worden met een kastje dat onder de huid op borsthoogte geplaatst werd. De bedoeling was
dat die electroden zo dicht mogelijk uitkwamen bij de plek in de hersenen waar dopamine aangemaakt werd. Want bij parkinson werkt dat orgaantje niet goed meer.
Dat werd een zeer spannende dag . Op 1 augustus jl. gebeurde het. De specialisten zijn 10 uur
met haar bezig geweest. Haar hoofd werd in een ijzeren kooi vast gezet. En ze werd niet verdoofd. Want ze moest bij kennis blijven voor de controle voor de artsen.
B. vertelde nu nog best geëmotioneerd dat het boren het ergste was. Dat geluid was
bijna niet te verdragen. En daarna werd ze door het personeel heel lief bezig gehouden. Haar haar was gemillimeterd. 's Morgens om 8 uur begonnen en in de na-middag om 6 uur mocht ze de operatiekamer weer verlaten.
En wat was de verbazing
groot.
Ze liep meteen zelfstandig door de gangen, zoekend naar haar G. om te omhelzen.
Geen rollator meer. Geen ongecontroleerde bewegingen meer. Geen schokken. Evenwicht was prima. Ze mocht naar huis. De artsen vertelden dat dit geen genezing van
de ziekte was. Maar het was een trucje om de dopamine-aanmaak weer op peil te brengen. Ze kregen een afstandbediening mee om de kracht van de electrodes in het kastje te regelen. Bij het plaatsen van het kastje en het kabeltje naar de hersenen was het laatste
uur narcose gebruikt.
Nu twee maanden later gebruikt B. nog maar 2 pilletjes in plaatsen van de 23 (!) daarvoor. Ik zie haar regelmatig op de gang naar de lift om de krant of post te halen.
Ze loopt als een kievit. Ze hebben 2 (electrische) fietsen
en trekken er regelmatig op uit.
Kortom....het is een gelukkig echtpaar, dat met optimisme de toekomst tegemoet ziet.
Mijn laatse column, was het verhaal van Rob . Ik heb het toen “drama” genoemd.
Die Rob bewoonde toen hetzelfde
appartement als waar nu G. en B. wonen.
Er gebeuren hier dus ook wonderlijke , mooie dingen waar ik aan jullie over kan getuigen.
Jan Larsen
Drama
Er gebeuren bijzondere dingen in je leven als je door je talent een beetje meer in de bekendheid bent gekomen.
Iedereen van ons cluppie
weet dat ik van tekenen hou en daar enige vaardigheid in heb ontwikkeld.
De laatste 10 jaar zijn dat vooral portretten met potlood en aquarel. Een enkel olieverf protret slipt er tussendoor.
Toen ik in het Reinaldahuis kwam, woonde schuin tegenover
me op mijn gang een oudere Limburgse dame , die me direct voor zich innam. Als echte limburgse was ze openhartig en ze vertelde over vroeger en hoe ze uiteindelijk hier was komen wonen.
Ze had twee zonen die allebei hier in de buurt woonden en dan is
de verhuizing naar Haarlem wel duidelijk. Na enige jaren overviel haar de ouderdomsziekte dementie.
De zonen zorgden voor verhuizing naar de verzorgingsafdeling hier in het huis.
Het vrijgekomen koopappartement liet ze na voor haar zoons. Een van
de zoons had het financieel goed , maar de jongste liep in de uitkering en wilde graag dicht bij zijn moeder blijven. Hij viel in de termen van 55+ , dus mocht hij in het huis van zijn moeder blijven wonen. Ik noem hem Rob.
Rob had ook een hond. Een
Bordeaudog. Groot log beest, maar super lief. Hij werd veel uitgelaten en daarom kwam ik baasje en hond vaak tegen op de gang, lift of buitendeur. En altijd was het iets meer dan alleen goede dag. Een klein praatje. Aardige man die Rob. Hij hield mij op de
hoogte over de gang van zaken met betrekking tot de gezondheid van zijn moeder.
Het moet in 2019 zijn geweest dat Rob vertelde dat zij moeder snel achteruit ging.
De vraag was: wil je een portret van haar maken? De foto die ik kreeg was van moeder
die achter het roer stond van en kleine kajuitboot op de Mooie Nel.
Rob was zeer tevreden met het resultaat en niet veel later viel de rouwkaart van het overlijden van Rob's moeder in de bus. Ik ben toen ook naar de uitvaart geweest.
De broers kregen
ruzie. Natuurlijk om het geld. Rob moest van de rijke broer het appartement uit. En noodgedwongen werd zijn kajuitbootje zijn tijdelijke woning in Heemstede. Hier werd de woning verkocht. En ik werd over het wel en wee van Rob op de hoogte gehouden door mijn
oude buurtjes die bij dat bootje vlakbij woonden.
Rob kreeg een vriendin en kreeg een klein huisje in Heemstede waar hij een eenmanszaak startte in digitale technieken. Geen uitkering meer. En toen brak corona uit. De vriendin verbrak de intieme relatie
, maar bleef wel aanspreekbaar voor zakelijke dingen.
Rob bleef achter met de hond zonder inkomen. En toen ging bij mij de bel. Rob stond er met een foto van zijn hond. Of ik die wilde schilderen (aquarel). Na 2 weken belde ik hem op dat het opgehaald
kon worden. Hij was er heel blij mee.
Weer een maandje later kreeg ik van mijn oude buurtjes een telefoontje met de trieste mededeling dat Rob een eind aan zijn leven had gemaakt d.m.v. ophanging met de riem van zijn hond.
En de hond lag dood onder
hem.
Rob had op tafel een brief nagelaten waarin hij vroeg de twee kunstwerken van
Jan Larsen niet te vernietigen en aan zijn vriendin te geven.
Er kwam onderzoek en er werd vastgesteld dat de hond door een hartaanval was overleden.
In Velsen werd de hond gecremeerd. En ik kreeg een uitnodiging om (toch midden in de coronatijd ) in kleine kring bij de crematie in Haarlem-Noord aanwezig te zijn.
Ik mocht erbij zijn dat het busje met de as van de hond in de kist van Rob bijgezet
werd.
Waartoe mijn talent voor tekenen en schilderen kan leiden.
Ik zal dit drama dan ook nooit vergeten. Maar ik ben ook blij en dankbaar dat ik mensen hierdoor heb kunnen ondersteunen.
Jan Larsen
Me Too
Ik begin deze column waar ik de vorige mee geëindigd ben.
Ik deed toen een oproep om op mijn geschrijf te reageren. Nou, dat
viel niet tegen.
Sommigen reageerden per kerende post en anderen lieten er een week of twee overheen gaan. Maar het resultaat was zeer opbeurend. Van de kleine 20 leden heeft zeker de helft mij gevraagd met de columns door te gaan. Van een korte reactie
tot een A-viertje, zoals Martien, die als ervaringsdeskundige mij toesprak.
In al die jaren als columnist voor het Haarlems Dagblad wist hij dat ik geen hoge verwachtingen moest hebben.
Ik kan hem nu en alle andere leden zeggen dat jullie nog niet
van mij af zijn.
Me Too
Soms loop ik wel eens het atrium van het Reinaldahuis in om een praatje met deze of gene te maken. En zit ik dan even te kletsen met een “oudje” dan moet ik vaak onderbreken om te vragen om nu eens niet over
de lichamelijke klachten of het bezoek aan de dokter of ziekenhuis te beginnen. Vertel maar hoe het met je kleinkinderen gaat. Of was het bezoek vorige week gezellig van je zoon of dochter.
Dan krijg ik een begrijpelijke glimlach en ze vertelt dan dat
kleinzoontje Jelle haar had gevraagd mee te gaan naar de speeltuin. Want ze hadden een scheidsrechter nodig. Dat moest ik toch echt weigeren, want ik loop met een rollator en mijn ogen gaan achteruit. Gisteren nog was ik bij de oogarts en die vertelde mij.........
Binnen twee minuten zaten we toch weer over de gezondheidsgebreken te praten.
Dus mijn vertier ligt liever buiten het Reinaldahuis. Laatst had ik mijn makkelijke verstelbare tuinstoel bij me, en zat lui achterover, aan de rand van een braak liggend
stukje grond met een pracht in het wild groeiende klaver en paardenbloemen en vergeetmijnietjes. Een wonderbaarlijke wereld ontspon zich aan mijn zicht.
De Onzelieveheerbeestjes, de hommeltjes, de mugjes, en de miertjes vlogen en kropen om mij heen.
Ruimte genoeg zou je zeggen, maar de Lieveheerbeestjes verdrongen zich bij de meest kleurrijke en grootste bloemetjes. En dan kwamen er twee eenden, waggelend en snaterend zoeken naar wat voedsel tussen al die rijkdom.
Ik hoefde niet te converseren,
niet te zoeken naar een passend antwoord, alleen maar kijken en me te verwonderen. Het zonnetje scheen buiten en in mij.
En ja hoor....vanuit een hoek van mijn veldje kwam heel voorzichtig een lapjeskat heel voorzichtig en nieuwsgierig mijn kant op. Dicht
bij mij bekeek hij mij eens nauwkeurig. Ik verroerde me niet. Toen eerst met zijn lijfje tegen mijn been, nog eens en nog eens schurend uitproberend of het geen kwaad kon. En dan met één soepele sprong zat hij op mijn schoot, en met een hoge
kromme rug duwde hij zijn kopje tegen mijn kin aan. Of mischien was het wel een “zij”. Daar had ik niet om gevraagd, maar het was op die prachtige middag een ultieme liefkozing.
Gelukkig dat de fauna geen “metoo-beweging” kent.
Grensoverschrijdend gedrag mag zo'n diertje wat mij betreft altijd vertonen.
Ik geniet hiervan.
Jan Larsen
Onzekerheden voor de toekomst
Zo'n 4,5 jaar geleden ben ik voor staar aan beide ogen geopereerd. Kreeg nieuwe heldere
lensen. Ieder oog apart. Die operaties zijn op zich goed gelukt.
Maar na een week of 2 merkte ik dat rechte lijnen een kromming vertoonden. Badkamer tegelvoegen hadden een bobbel. Deurstijlen en schilderlijsten waren niet recht.
Met mijn linkeroog
ging alles goed. Hield ik het goede oog dicht dan waren met het rechteroog de krantenregels schuin en hobbelig. Ik terug naar de oogkliniek . De scan wees uit dat ik last had van de oogaandoening “natte Macula” . Zoek maar eens op bij google wat
dat is. Een vochtbelletje aan de achterkant van het binnenoog. Het erop vallend licht vertekent de beelden. En wat ernstiger is: de natte vorm is agressief.
Het kan met een paar jaar blindheid veroorzaken. Daar zit ik nou echt niet op te wachten. Vanaf
dat moment kreeg ik elke maand een injectie in mijn rechteroog. Nu al ruim 4 jaar. En om de 3 maanden een nieuwe scan.
Er was iets nieuws op de markt. Een infuus in het bloed dat zorgde voor stolling als het met licht in aanraking kwam. Maar ook mijn
huid. Een laserstraal in mijn oog en dan 48 uur in het duister om de huid te beschermen. (PDT-therapie)
2 Maanden geleden heb ik die gehad. Daarna weer die prik. Vorige week weer een scan en zie..... de monitor liet een keurig oog zien zonder die bobbel
van dat luchtbelletje. Afspraak: niet meer elke maand maar afbouwen. Dus nu over 5 weken die injectie. En daarna over 6 weken, etc. Zekerheid gaven ze me niet, maar wel hoop.
Het blijft toch nog even onzeker.
En wat ook onzeker wordt is mijn maandelijkse
column. Er zijn tot nu toe 34 stuks uit mijn p.c. gerold. En ik durf met mijn hand op mijn hart te zeggen dat ik het nog nooit een probleem gevonden heb om ze te schrijven.
Maar ieder mens die wat voor anderen doet , heeft wel eens een bevestiging nodig.
En in die bijna 3 jaar kreeg ik weinig tot niets respons. 3 á 4 keer kreeg ik een mailtje van Wil. Zelfs van haar een aansporing om eens een reactie te geven. Een enkele keer een reactie van René.
En dat was het wel zo een beetje. En dat
in 3 jaar tijd. En onze site heeft de mogelijkheid om te reageren. Regelmatig kijk ik daarop. Maar steeds NIETS.
Dat frustreert wel een beetje. En naarmate de reacties alsmaar niet verschijnen, daalt mijn enthousiasme om iets wat mij bezig houdt aan jullie
door te geven.
Mijn dringende vraag aan jullie is : Lezen jullie mijn stukjes eigenlijk wel?
Ja? Wat vinden jullie daar dan van? Geef mij eens wat respons.
Lees je ze niet? Waarom niet ?
Ook de toekomst van mijn columns is onzeker. Zonder
jullie belangstelling, ga ik er mee stoppen.
Ik ben erg benieuwd.
Jan Larsen
Oorlog
Is het geoorloofd om iets van mijn emoties met jullie te delen toen ik begin deze week de kranten open sloeg en
overal de koppen “oorlog” zag ?
Waarom deze vraag? Ik denk dat ik een van de weinigen in onze vereniging ben (misschien wel de enige) die de 2e wereldoorlog bewust heb meegemaakt. En zeker het laatste stukje van de oorlog.
Mijn geboortejaar
is 1935 (september) . Ik werd 9 (1944) toen het ergste nog moest komen. Kijk maar eens nu naar kinderen van die leeftijd. Ze zijn al heel bewust , nemen alles van de omgeving tot zich en weten vooral alles hoe het er thuis aan toe gaat. Denk zelf maar eens
terug naar toen je 9 was. Ook al weet je niet alles precies meer, je weet nog zeker hoe de sfeer was, hoe het toen op school was, welke docenten je had en met welke vrienden/vriendinnen je het meest op trok. In die leeftijd begint je leven zich te vormen.
En dat maakt indruk.
Zo ook bij mij. Wij woonden toen in de Lodewijk van Deijssellaan aan de Delft. Aan de andere kant van het water loopt nu de Randweg. Toen heette dat de Delftlaan.
Liep je het blokje huizen om , kwam je aan een braakliggend terreintje
en keek je uit op het stationnetje van Bloemendaal. Het tunneltje onder het spoor door en je stond in het dorp.
De bezetters wisten dat er een aanval moest komen van de geallieerden, maar wisten niet waar. Dus moesten alle mensen tussen de Delft en het
spoor hun huis uit . Waarheen ? Dat bekijk je zelf maar. Want er moest vrij geschoten kunnen worden op eventuele treinen die de vijand zouden kunnen vervoeren. We hadden een week de tijd. Paniek....
En dat is wat ik steeds terughaal in mijn herinneringen.
Als ik nu de kranten zie en de beelden op de TV zie ik de angst in de ogen . Dat heb ik meegemaakt.
Ons gezin bestond uit 8 kinderen en een oude Oma. 11 personen. De buren hadden ook zo'n groot gezin : 7 kinderen en vader en moeder. 9 personen. Al die
kinderen gingen naar school in Haarlem bij de nonnen in de Kloosterstraat. Dat waren zeer waardevolle contacten. De twee gezinnen kregen van de nonnen twee klaslokalen en twee kleine lerarenkamertjes. Voor de kinderen van de ene familie een lokaal en voor
de andere familie het andere lokaal. De lerarenkamertjes waren voor de ouderparen.
Onze oma werd geplaatst in een kamertje bij de nonnen.
Toch was dat op zich in mijn herinnering niet het ergste. Wel avontuurlijk. Veel meer indruk heeft op mij
gemaakt de vreselijke angsten. De ramen naar buiten waren voor de onderste helft van matglas. We mochten daar niet overheen kijken. Die week, om alle spullen over te huizen. Met een karretje over een modderpaadje langs wat nu de ijsbaan is, naar de Kleverlaan
en Marnixstraat . Op en neer en op en neer. Serviesgoed, kleding , bedden en dekens en lakens. Op het laatst ook de piano.
Dat vond ik erg. We speelden op de speelplaats tussen de kerk van Elisabeth en Barbara en de achterkant van de Luciaschool. Die
speelplaats had een zware houten deur, toegang naar het Pretoriaplein (toen Prikkie genoemd) . Zwaar vergrendeld.
Tot we eens opzij geduwd werden door een paar nonnen die de zware deur van het slot haalden. Er werd door twee mannen een dode binnengedragen
rechtstreeks naar de kerk. Een spoor van bloed achterlatend.
Dat blijft in je kop hangen.
De hygiëne die er nauwelijks was. Geen douche. Met een washandje bij een teiltje in de keuken door je moeder schoongemaakt. En dat voor 8 kinderen. De
honger. Mijn vader die met een oude fiets (op houten banden) elke week naar de Noord trok om bij de boeren eten te ruilen tegen schoenen. (mijn vader deed in schoenen en had nog een voorraadje staan). De angstige verhalen waarmee hij thuis kwam.
Dat is
mij bij gebleven.
En daaraan moet ik denken als ik nu eind februari 2022 het nieuws zie.
Oorlog is veel meer dan je huis te moeten verlaten. Het beheerst ALLES. Je bestaan, je leven en degenen die van jou afhankelijk zijn.
Ik hoop dat we met z'n allen OekraÏne kunnen helpen, vooral de mensen die deze kant op komen. Geef ze veiligheid en warmte.
Jan Larsen
Drie onverwachte gebeurtenissen
Als jullie denken dat er in het leven van een alleenstaande man bijna niets gebeurt dan heb je het mis.
Het
eerste voorval was vorige week. Weeklijks krijg ik hier bij de fysio een massagebeurt voor mijn rug/heup. En dat krijg ik al meer dan een jaar. Dan praat je tussendoor over dingen die je bezig houden. Zo weet mijn therapeut dat ik biljarten heel leuk vind
en al meer dan 50 jaar op een vereniging zit. De laatste keer vroeg hij of ik Charles Jansen kende. Natuurlijk wel, zei ik hem. Maar waarom vraag je dat? Nou, zei hij: Charles is niet zo lang geleden oveleden. En ik woonde in Heemstede vlak bij hem. Wat had
die man “gouden” handjes. Hij heeft bij mij heel wat klusjes gedaan. En zijn 4 zoons ken ik ook goed. Ik kwam bij hen heel wat over de vloer. En Nel stond altijd klaar met een bakkie.
Ik vertelde hem wat ik van Charles wist en hoe ik hem gewaardeerd
heb.
Hij wist ook dat zoon Pieter heel behoorlijk kon biljarten. De therapeut vroeg mij om Pieter de groeten te doen van Kajo Schenk als ik hem sprak. Dat beloofde ik. Dus: Pieter , als je dit leest, de hartelijke groeten van je vroegere buurtgenoot Kajo.
Het tweede voorval was eergisteren. Een half jaar geleden moest ik op de afdeling dermatologie een plekje op mijn hoofd laten behanden. Het werd “stikstof” gevolgd door een zalfje voor 4 weken. jl. Oktober moest ik voor iets anders hier naar
de huisarts. De vervangster was een jonge vrouw die mij voor de zekerheid een soort van “apk-keuring” voorschreef in het ziekenhuis. Ik was gelukkig en beloofde dat ik een portret van haar zou maken als alles goed was. En alles was goed. Dus ging
ik aan de slag. Na een paar weken heb ik het portret bij haar afgeleverd. En toen heeft zij meteen het plekje op mijn hoofd bekeken. Voor de zekerheid toch nog maar een stikstof behandeling die zij zelf uitvoerde. Dit voorval vertelde ik mijn dermatoloog in
het Ziekhuis. Die complimenteerde de huisarts en vroeg wie dat was. Ik liet hem de foto en tekening zien van haar (dr Claassen) . Krijg nou wat, was zijn verbaasde uitroep: een paar keer per week ga ik mijn twee kinderen ophalen van school en zie haar dan
ook, die op haar twee kinderen staat te wachten. Ik wist niet dat zij een collega is.
Als ik haar weer zie zal ik de groeten overbrengen van ons beider patient.
Dr Claassen en dr. van Rooyen !
Wie weet wordt dat nog eens vriendschap door een
tekening van mij :)
Het derde voorval was al weer een week of drie geleden.
Het is al vijf jaar geleden dat mijn Anne is overleden. En al die tijd hield ik mijn flat netjes schoon, o.a. door mijn hulp die al 20 jaar wekelijks komt.
Maar in
die tijd ontstonden hier en daar stapeltjes papieren die ik niet meteen wilde weggooien. Dat zou ik later nog wel eens inzien !!!
Maar dat gebeurde alsmaar niet. En de stapeltjes werden stapels. Eindelijk was het dan zover dat ik ging opruimen. Twee volle
vuilniszakken gingen de papierbak in. En toen kwam ik twee boeken tegen die ik geleend had van Baltien de Wit, die gingen over de zusters van Alverna , waar zij voor de oude nonnetjes bewegingsoefeningen doet. Helemaal vergeten terug te geven. In de auto naar
de Velserstraat. Alleen Peter was thuis. Hij zou ze aan Baltien geven. Nee...ik kom niet binnen, want in het zijstraatje mag ik niet blijven parkeren. Gauw weer terug. Om de hoek hoorde ik achter mij een kind roepen. Menéééér.....menéééér.....
Ik draaide me om en zag een meisje op een driewielertje. Een jaar of 4, hoogstens. Wat is er, vroeg ik.
Menéééér, bent u oud ? Ja, nog al ,zei ik. O....dan gaat u heel gauw dood!!
Hoe weet je dat, vroeg ik. Dat zegt mijn
vader. Ze knikte heftig met haar hoofd. Echt waar. Dan gaat u heel gauw dood.
Tja, ook zo'n kleintje kan de waarheid spreken en kan je daarmee raken !!!!
Haarlem, 1 januari 2022
Afscheid van het jaar 2021
Een jaar geleden schreef ik een column over ons cluppie, het “wel en wee” en de wensen hoe het in de toekomst er beter uit zou kunnen zien.
Dat waren gedachten die geschikt waren voor onze leden als intimi. Dus werd de column voor buitenstaanders (na overleg met mij) van onze site gehaald.
Dat was toen ook een overdenking van wat het was en hoe het zou moeten zijn in het nieuwe jaar.
Maar nu zijn we een jaar verder en veel vrolijker word ik er niet van. Ik zal het uitleggen, maar nu zo dat het niet van de site weg hoeft.
Het einde kondigde zich al aan met de aankondiging dat Charles Jansen's afscheid nabij was. Vele leden hebben ik gezien/gesproken bij het afscheidshuis Brokking en Brokking in Heemstede, recht tegenover zijn appartement. Veel lovende woorden van zijn zoons over hun vader en dat zij hem ontzettend zullen missen. En terecht, want Charles was een bijzondere man.
Nu twee dagen na zijn definitieve afscheid kwam ook de bevestiging van Martien de Gier, die mooie herinneringen had aan onze Charles.
Dan waren daar de gebeurtenissen rond het coronavirus. Het “jojo-”beleid van onze leidslieden in Den Haag. Wij moesten afscheid nemen van onze “oude” gewoonten.
Zoals ons opmaken voor de woensdag- of vrijdagavond. Geen keu pakken, geen wedstrijdkleding aantrekken, ons niet mentaal voorbereiden en niet zorgen dat we onze portemonnee bij ons hadden. Wel voor de rest van de dag zorgen dat we ons mondkapje en onze QR-code bij ons hadden. En de gedachte dat wij sport bedrijven komt daar in Den Haag niet in de hoofden op. En ik kan uit ervaring spreken dat juist deze sport voor ouderen van levensbelang is.
Wat dit afgelopen jaar dramatisch heeft gemaakt , is de mededeling dat onze webmaster Hans per 1 januari het stokje erbij neerlegt. Ik bedoel natuurlijk, zijn zorg voor onze website. Hans heeft met zoveel liefde en zorg voor onze mededelingenstroom gezorgd, dat het nu hard aankomt om zonder hem door te gaan. Het gezegde is natuurlijk dat niemand onmisbaar is. Maar in dit geval (of liever in mijn geval) is het zo dat Hans meer betekende dan alleen maar de stukjes online zetten. Elke maand had ik via de telefoon overleg met hem. Hij was ook een “editor” van mijn schrijfmaaksels. En hoe.... Niet alleen de typefouten werden gecorrigeerd maar ook de grammatica en de stijl werden kritisch bekeken en besproken. Om niet te spreken over de illustraties die hij elke keer weer erbij vond. En dat is niet zomaar te vervangen.
Hans van Eeken, beste vriend, je laat mij in hopeloze toestand achter op onze biljart- en aardkloot.
Ik voel mij -zonder jou- verweesd, alleen en kaal. Mijn steun en toeverlaat stopt ermee.
Wie helpt deze wanhopige na 1 januari?
Hans ….wat heb je me aangedaan?
Als de lezer echt begrijpt wat er schuil gaat achter deze smartvolle kreten, zal erin beluisteren woorden van zeer grote dank.
En “dank” leidt tot tevredenheid. Dank geeft rust en vooral “hoop”.
Hoop dat er snel een opvolger/ster komt en hoop dat Hans nog één keer zijn moed bijeen raapt en toch nog deze column op de site zal zetten.
Haarlem, 1 december 2021
Wie doet nou zoiets?
Het was ongeveer een maand geleden dat bij ons in het Reinaldahuis een 60 jarig huwelijksfeest gevierd werd. Op zich niet zo bijzonder in een huis waar veel oudjes wonen. 70 jarig jubileum hebben we ook al gehad.
Maar dit was iets bijzonders. Gé en Ria hadden feest Ze woonden op mijn gang helemaal achterin. Maar sinds ongeveer een jaar kon Ria niet meer thuis blijven. Wat veel voorkomt : Alzheimer of dementie.
Gelukkig was er een kamer vrij op de gesloten afdeling (hier Plato genoemd).
En toen het feest gevierd werd, heeft de afdeling de huiskamer ter beschikking gesteld voor het feest. Ik was er ook voor uitgenodigd. Allemaal vlaggetjes en een pianist. En een journalist met fototoestel, want het kwam in de krant.
Bij die gelegenheid ging ik eens rondlopen op plekken waar ik 4 jaar geleden dagelijks kwam. Want mijn Anne heeft daar ook tien maanden gewoond. Ze hadden verbouwd. Wat huiselijker gemaakt. En ik zocht er nog wat. En ik kon het niet vinden. Twee medewerksters hulp gevraagd. Wat zoekt U? Een schilderij van een reiger in het riet, met zijn poten verward in een grote lap plastic. Ik heb het de afdeling als dank voor de zorgen cadeau gegeven. Symbool: een gezond dier, die zijn vrijheid verloren was, door iets buiten hem om, waar hij geen schuld aan had.
Hulpeloos! Zo ook de bewoners van Plato.
Het heeft een tijdje in de huiskamer gehangen, maar was verdwenen. De dag erna heb ik het overal bekend gemaakt en navraag gedaan. Geen resultaat. Waarschijnlijk door iemand mee genomen naar huis.
Wie doet nou zo iets?
Na twee dagen krijg ik een mailtje uit Leiden van ene Theo. Met een bijlage. Inhoud van de mail: bent u de schilder van het schilderij uit de bijlage?
Ik maak het open en zie een werk van mij , gemaakt in 1982 van een stofzuiger met een stropdas erover heen gedrapeerd. Ik was het kwijt geraakt bij mijn verhuizing naar waar ik nu woon. Er stond bij: ik werk in het onderwijs en kom vaak in een kringloopwinkel. Daar heb ik het gekocht en vraag me af of u het terug wil kopen!!!!
Hij had mijn e-mail gevonden door te googelen en gevonden bij Club 70 {!?!?}.
Ik mailde terug dat hij het mocht houden. Ik ga toch mijn eigen werk niet terugkopen.
Wie doet nou zoiets?
Wat een toeval. Binnen twee dagen twee schilderijen die mij bezig hielden.
Een gestolen en een aangeboden.
We leven in een rare wereld!
Jan Larsen
Haarlem, 1 november 2021
De omgekeerde wereld
Afgelopen zomer liep ik een momentje met mijn ziel onder de arm wat rond te slenteren. Ik besloot een kijkje te nemen in het Atrium.
Goed besluit.
Want daar zat de pianiste van het zangkoor op haar uppie achter de vleugel wat
melodieën te fiedelen. Dat klonk mij goed in de oren.
Ik slenterde ernaar toe en begroette haar met: “daar geniet ik nou echt van”.
Ze was heel vriendelijk en zei dat het maar zelden voorkwam dat iemand haar aansprak tijdens het spelen.
Zo raakten we even aan de praat. Zij heette José en ik dus Jan. Ik vertelde dat mijn moeder ook mooi kon spelen. Mijn moeder was een Weense en speelde vaak Oostenrijkse walsen.
En zo kreeg ik plots een klein half uur - privé- walsen te horen, die mij meenamen naar vroeger. Ik kreeg er energie van en werd gelukkig. Ik bedankte haar zeer hartelijk en ging met lichte tred weer terug naar mijn appartement.
En zo werd het maandag 18 oktober. In het restaurant was het borreltje drinken voor de vrijwilligers. Ik schoof aan bij een groepje dat ik wat beter kende. En na een poosje kwam er nog iemand naast me zitten. Het was José , de pianiste. Hé....José, hoe gaat het met je ? Ze boog zich naar mij toe en met zachte stem vertelde ze dat ze vorige week slecht bericht had gehad in het ziekenhuis. Ze had lymfeklierkanker. Ik moet deze week naar de oncologie om te horen hoe het is en wat mijn vooruitzichten zijn.
Echt ontdaan zat ik later bij mij thuis na te denken wat ik voor haar kon betekenen. Ik besloot een portret van/voor haar te maken. Hoe kwam ik aan een foto ?
Ik mailde de coördinatrice van de vrijwilligers “Marjolein”. Daarin vertelde ik wat ik mee gemaakt had en of ze een foto had van José. Een dag later was de foto binnen. José achter de vleugel. Geweldig. Ik kon aan de gang.
Twee dagen daarna kreeg ik weer een mailtje van Marjolein , met een bijlage. Daarin een bericht van José . Ze was op de oncologie geweest. En de boodschap was:
Geen zorgen. Geen behandeling nodig. Een zeer rustige vorm van Non Hodgkin.
Kun je oud mee worden. Mocht het nodig zijn dan is het goed te behandelen.
Ik blijf nog heel lang bij jullie!!!!
Bij het lezen van dit bericht werd ik best een beetje ontroerd. En natuurlijk erg blij. Dit mailde ik aan Marjolein terug. En het portret gaat door ter verhoging van de feestvreugde.
J.l. Zaterdag ging de voordeurbel. Daar stond José met een bosje bloemen. Met een brede glimlach. Ze zei dat ze van Marjolein had gehoord, dat ik er behoorlijk emotioneel van was. En hier dus een bloemetje om je te troosten.......
Dat was werkelijk de omgekeerde wereld. Degene die getroost moest worden , probeerde de hulpverlener weer met twee pootjes op de grond te brengen.
Wat een lieverd!!!!!
Mijn week kon niet meer stuk.
Haarlem, 1 oktober 2021
Verjaardag vieren
Verheugend dat ik jl. dinsdag (28-9) zowaar 86 ben geworden.
Het was een klein feestje bij mij thuis. Echt “klein”. Alleen mijn zus uit Bloemendaal met haar man (zwager dus) en een van haar dochters E. kwamen. Beiden hadden een fikse bos bloemen bij zich. Mijn huiskamer is dus vrolijk opgesierd.
Waarom zo weinig mensen op bezoek. Ons gezin van vroeger bestaat nog steeds uit 6 personen: 3 vrouwelijke en 3 mannelijke leden. En dan reken ik niet de aanhang mee en wat denk je van hun kinderen.
Die hadden in beginsel allemaal kunnen komen. En dan heb je nog de vrienden en vriendinnen die het ook altijd leuk vinden om een gebakje te komen halen.
Nee, dit jaar was het rustig in huize “Jan Larsen”.
Over iets meer dan 2 weken viert een broer zijn 80ste verjaardag. Hij organiseert voor dit feest een etentje in een “buiten” in Breukelen. Dan komt de familie ook al bijeen.
We zien elkaar daar en zijn nu al bezig met de voorbereidingen om hem eens flink in de schijnwerpers te zetten.
Dan wordt mijn feestje tamelijk overbodig.
En ik woont alleen. Als iedereen komt, moet ik zorgen voor allerlei zoetige versnaperingen, verscheidene drankjes, en voldoende zitplaatsen.
Na afloop moet ook alles weer opgeruimd worden en schoon de kasten in. En blijft er wat te eten en te drinken over, (meestal is dat nogal veel) dan zijn er 2 mogelijkheden: zelf nuttigen of weggooien.
Na het feest ben je bekaf. Je hebt wel iedereen gezien maar niemand echt gesproken.
Ik bedacht het dit jaar anders te doen. Iedereen die daarvoor in aanmerking kwam, heb ik een berichtje gestuurd:
Vier met mij mijn verjaardag, maar niet op de dag zelf. Zoek een dag, of middag of avond om bij mij te komen in de komende weken of maanden. Ga met mij wat leuks doen of alleen maar een bakkie koffie halen...alles is goed. Voordeel: we hebben aandacht voor elkaar en halen de vriendschaps/familiebanden stevig aan.
Nou, dat heb ik geweten. Nog nooit zoveel enthousiaste reacties gehad. En er kwamen ook al invullingen. Zondag jl. ben ik met een andere broer en vrouw uit eten geweest. De 80 jarige komt morgen met verrassing (even afwachten dus). Er staat nu al een museumbezoek in de steigers.
En iedereen was zeer tevreden om eens niet in een kring verplicht te praten met iemand waar ze eigenlijk niet naast wilde zitten.
Na de lange contactarme tijd door de pandemie, heb ik me verzekerd in de komende tijd voor voldoende aandacht, buiten de deur een etentje en/of leuke cadeautjes.
Het is maar een idee om eens anders je feestje te vieren. Voor ieder te overwegen.
Voor wie het geldt.......een prettige verjaardag gewenst.
Jan Larsen
Haarlem, 1 september 2021
Flow
Vanmorgen op maandag 30 augustus had ik weer een afspraak met mijn fysiotherapeut.
En zoals gewoonlijk begint hij met de vraag : “Hoe gaat het ?” Nou.....was mijn antwoord, ik voel mij goed. Ik ben zelfs een beetje “euforisch”, maar al mijn spieren zijn stijf. Vroeger zou ik gewoon zeggen: “ik heb behoorlijke spierpijn”.
Hoezo?
En toen vertelde ik dat ik gisteren en eergisteren naar Drenthe ben geweest. En daar heb ik twee vriendinnen bezocht die ik al meer dan 50 jaar ken en nu al een kleine 2 jaar niet meer gezien had. Reden Corona en mijn vrees om het hele stuk (2½ uur) alleen te rijden. En dat laatste leidde tot als maar uitstellen. Maar...zo vertelde ik dat ik sinds 2 jaar heb ik een goede vriendin F. heb en die mij aan bood om chauffeur te zijn.
En toen was ik los. Ik vertelde hem dat mijn weekend zo geweldig was. Daarom ben ik nu zo euforisch.
Een vriendin R bood ons de logeerplek aan. (zie foto). Zij was herstellende van 2 zware operaties (slokdarmkanker en een besmette wond die niet dicht ging) . En het ging wonderwel goed met haar en was vol energie om weer helemaal de oude te worden.
De andere vriendin M. woont in Emmen en heeft sinds ruim een jaar een nieuw huis
die ze trots wilde laten zien. De zaterdag was voor R. en de zondag voor M.
Voor mij was het spannend om te zien of het tussen de dames zou klikken. Daarom had ik ook voorgesteld om zaterdagavond uit eten te gaan. Met R en F naar Westerbork, restaurant de Ar. Dat is een museumrestaurant. Je zit daar tussen honderden oude spullen één, twee soms drie eeuwen oud. Gesorteerd op de gebruiksplaats, zoals school, keuken, de mijnen, geografie, kapper, etc. Dat is een belevenis. En het eten is fantastisch. Voor iedereen aan te raden.
En eerst op zaterdagmiddag met drieën een fikse wandeling in de bossen van Witteveen naar een vennetje waar gezwommen kon worden en waar we een prachtige pad gespot hebben en op een bankje uitzicht hadden op het water met een uitgebreid veld waterdotters. Totaal ruim anderhalf uur, wel meer dan 6000 stappen.
Mooier kan het niet.
Op zondag kregen we na de rondleiding door het nieuwe huis van vriendin M., een heerlijke lunch, met zelf gemaakte soep van zoete aardappelen en kerrie en gember.
Overheerlijk.
Geen wonder, zei de fysiotherapeut. Allicht heeft u spierpijn. En had u tijdens het lopen ook last van uw rug en zenuwpijn in de heup? Dat viel alles mee, was mijn antwoord. Ik heb het allemaal goed kunnen volhouden. En lachend vulde ik aan: Maar de vriendinnen zijn allen een heel stuk jonger dan ik. En F is bijna de helft van mijn leeftijd. Dus ik wilde als oude man wel mijn best doen en me niet laten kennen.
En toen kreeg ik een lesje van mijn therapeut. Door uw ervaringen,zo beleerde hij mij, bent u in een FLOW geraakt. En in zo'n flow voel je veel minder pijn. Want het lichaam scheidt dan pijnstillende stofjes uit die beter werken dan welke pijnstiller dan ook. Als je alleen loopt voel je de pijn steeds erger. Maar worden de gedachten en je aandacht afgeleid dan voel je de pijn bijna niet meer.
Ik feliciteer u met deze ervaring. De dames hebben u schitterend in een flow gebracht en geholpen met de pijn bestrijding. Wouw, ik ben nu niet alleen gelukkig met mijn vriendinnen, maar ook dat ik nu weet wat een flow met je doet.
Goede les voor iedereen met pijn. Zoek liefdevolle mensen om je heen en ga met hen leuke dingen doen. Heb je geen dokter meer nodig.
Jan Larsen
Haarlem, 1 augustus 2021
Een dag om (nooit) te vergeten!
En van dit verhaal is elke letter waar. Niets is verzonnen.
Wij zijn van het gezin waarin ik ben opgegroeid nog met z'n zessen. De meeste boven de 80 en 2 tegen de 80 aan. Dus een oud stel. Maar we verheugen ons nog in een redelijke gezondheid.
De oudste van ons, zus H., werd aan het begin van juli jl. 89. Haar verjaardag moest gevierd worden, vonden haar vier kinderen. En dat hele stel is altijd een leuk gezelschap geweest. Vooral heel spontaan. Zoals over dingen niet te lang nadenken, maar meteen doen. En achteraf hadden we er altijd veel lol over. Er ging nl. nogal eens iets mis want...…. eerst een beetje nadenken over wat je wil gaan doen, zou geen kwaad kunnen.
Wij kregen alle zes een week voor de verjaardag van de oudste zoon P. (via de e-mail) een uitnodiging om op de feestdag ons in Dordrecht te verzamelen aan een kade om 10.45 uur voor een vaartocht over de Biesbos. Dat vond iedereen leuk, maar voor de jarige was het een verrassing. Dus mondje dicht. En om 13.00 uur was een brunch geregeld daar in de buurt.
Vol verwachting kwam iedereen met aanhang daar heen. Parkeren was een paar 100 meter van de kade. Het was behoorlijk winderig. Dus we waren wel een beetje bezorgd. En de feesteling werd gebracht door de jongste dochter. De organisator -zoon P- was niet aanwezig. Hij moest werken. Men had ons moeten zien. Strompelend en zuchtend met twee rollators zagen we uiteindelijk de tweede zoon druk praten met een jonge man. Heftig gesticulerend, armen zwaaiend en naar ons roepend ….”het kan nog even duren, we hebben overleg met de havenpolitie”.
Tussentijdse geruststelling van het komt goed....Maar er verstreek een uur en er gebeurde niets! Gelukkig stond er een bankje waar iedereen om beurten even op kon zitten. Na anderhalf uur kwam de mededeling dat de boot daar niet mocht aanleggen. Overtreding gaf een fikse bekeuring. Vanmorgen waren er al twee uitgeschreven. Overleg met iedereen. Het werd voor de zittenden ook een beetje erg koud.
Uiteindelijk werd de strompeltocht naar de auto's ingezet. Op naar het restaurant.
Iedereen pal achter elkaar. Niemand kwijt raken, want we kregen noch de naam van het restaurant, noch de straatnaam mee.
Het lukte zonder verlies uit de stoet auto's. Maar ook daar was de parkeerplaats ver weg. Een half uur te vroeg werden we aan een lange tafel geplaatst ,waar de stoelen nog aangeschoven moesten worden.
Op zich was het een leuke locatie aan het water. Maar zoon P. was er zelf kennelijk niet geweest om te kijken of het wel geschikt was voor deze leeftijdgroep. Alles geregeld via het internet of telefoon. Het was er al behoorlijk vol. En we merkten toen dat we elkaar niet konden verstaan. Het gebouw was opgetrokken van staal beton en glas. Alles weerkaatste naar alle kanten. Zelfs de naaste buur kon je niet verstaan. De helft had al gehoorapparaatjes. En na het lange wachten moest men ook zo snel mogelijk naar het toilet.
Dat was een onderneming. Aan het eind van de zaal was een smal stalen wenteltrapje naar beneden. De feestelinge -redelijk aan het gewicht en met rollator- moest met twee man naar onderen ondersteund worden. Daar geholpen door de dochter en vervolgens weer naar boven getakeld.
Eenmaal aan tafel mochten we vrijelijk kiezen. Sommigen namen een voorgerechtje of een soepje.
Anderen alleen het hoofdgerecht. Ikzelf en mijn jongste broer Frank (bij jullie wel bekend) hielden het eenvoudig: geen voorgerecht. Drankje dus.
Maar we moesten wachten tot iedereen zover was dat het hoofdgerecht tegelijk opgediend kon worden.
Anderhalf uur later kreeg ik mijn 2 garnalenkroketten met frites en mayonaise.
Smakelijk eten!!!!!
En gezellig bijpraten was niet mogelijk.
Tegen drieën stonden we op en één zei met een brede grijns op haar gezicht:
“Dit was om heel snel te vergeten”....
Vielen er meteen een paar in met de woorden:
“deze dag zullen we nooit vergeten”.
Jan Larsen
Haarlem, 1 juli 2021
Brengt iets nieuws ook geluk?
Tien jaar geleden verhuisden we van een groot huis in Haarlem-Noord naar het koop- appartement, aanleunend aan het Reinaldahuis.
Wat toen meeging was een grote zwarte 3-zits bank met bijbehorende fauteuil.
Toen paste dat goed in onze voorkamer. Maar nu -veel kleiner behuisd- was dat ding buiten proporties.
Nadat Anne was gaan hemelen heb ik als een van de eerste dingen die “zit” weggedaan. Naar de kringloop. En in ruil daarvoor stond daar een 2 zitsbankje en draai-zitstoel.
Wat een ruimte kreeg ik ineens. Maar “zitten” was niet comfortabel. Te krap, te korte zitplaats en lelijke grauwgrijze kleur. Maar in die periode had ik meer aan mijn hoofd en liet het spul maar gewoon staan. Ik zat er nauwelijks op. Wel had ik mij via een nicht (ergonome) een elektrische gemakstoel aangeschaft. Beige/bruin van kleur.
Dat was “mijn” stoel. Maar samen was het een zooitje.
Toen ik 2 maanden geleden weer eens bezoek kreeg en het stel tegenover mij op dat bankje zag zitten, schaamde ik me en nam het besluit: nu moet er iets moois , nieuws komen. Maar de winkels waren nog niet vrij toegankelijk, dus was ik aangewezen op een webshop. Vriendin F. hielp me daarbij. Na een middag speuren, uitmeten en vergelijken, hadden we de keus gemaakt.
Over 2 maanden zou er geleverd kunnen worden: een wat kleinere 3 zitsbank, een fauteuil en een middentafel.
Die laatste kon eerder geleverd worden. En toen hij kwam was het net een IKEA bouwpakket. Een zijkant, daartegenaan bovenblad, glazen tussenblad en vloerblad op wieltjes.
Dat werd een volle dag werken en zwaar dat dit ding was..... pppfff....
En eind vorige week kwam het zitgedeelte. Ik had geregeld dat het oude spul opgehaald zou worden door de kringloop.
Gelukkig hoefde ik niets zelf in elkaar te zetten. En jl. zaterdag kwam vriendin F.
“proefzitten”. We waren allebei zeer tevreden.
Alles keurig in de goede kleur, passend bij de gemakstoel, heerlijk zit/lig comfort. En gelukkig eromheen meer dan voldoende leefruimte.
Geeft dit je dan ook meer geluk?
In een paar dagen tijd een onheilstijding dat een volle neef (mijn geboorte jaar) was overleden. Het komt nu toch wel erg dichtbij. Een mededeling dat een hele lieve nicht weigerde zich te vaccineren (angst en niet te overtuigen). Een goede vriendin van 70, die op haar verjaardag hoorde dat ze borstkanker had. Ze was nog gelukkig dat ze binnen een week opgenomen kon worden in het ziekenhuis. Waar je gelukkig van kunt worden.
De eerste wedstrijd voetbal halfliggend op de nieuwe bank gezien. Nederland verliest kansloos.
Als dat zo doorgaat......ik heb het telefoonnummer van de kringloop al klaar liggen.
Toch ziet het er mooi uit. Zie bijgaande foto.
Jan Larsen
Haarlem, 1 juni 2021
Nep....het verkeerde been
De tijden veranderen. Wat vroeger een zekerheid was, is het tegenwoordig maar de vraag of iets waar is. In de media wordt gegoogeld met de waarheid. Ze kunnen gezichten veranderen en stemmen echt laten lijken. Heeft hij/zij het nou echt gezegd? En is hij/zij het nou wel of niet?
Hier in het Reinaldahuis woont Jan Smit. Daar gaan we al. Woont de zanger/presentator echt hier? Nee, het is iemand die toevallig dezelfde naam heeft. Net als ik is hij 85. En dat is echt waar.
Deze 85 jarige Jan Smit heeft jaren lang voor het maandblad Reinalda columns geschreven. Een genot om te lezen. Maar door bezuinigingen werd het blad opgeheven.
En in de coronatijd zat Jan veel binnen en heeft zijn columns gebundeld in een boekje. Ik kreeg een presentexemplaar.
Deze Jan maakte er een sport van om mensen in zijn verhalen op het verkeerde been te zetten.
Ik laat hieronder een bloemlezing zien van “nep” verhalen en of beweringen. De moeite waard.
Iemand hier in huis was mateloos verdrietig. Hij schonk zich een borrel in. De dominee kwam op visite , zag in de rechterhand van de droeve man een borrelglas met jenever. De dominee vroeg: “Zo , is dat je enige troost? “Nee, zei de man, in de kelder heb ik nog drie flessen”. Hoe gauw verkeerd geoordeeld.
De pastoor vertelde in de klas van de basisschool dat God de mens geschapen heeft.
Henkie stak zijn vinger op en zei: “Mijn vader zegt: wij stammen af van de apen”. Antwoord van de pastoor: “Zeg maar tegen je vader dat wij met jouw familie niks te maken hebben”.
Een jongetje van zes schreef: “Ik heeft geen potlood”. De juf zei: “Fout, ik heb geen potlood. En: “de school heeft geen potlood. Het ventje zei: wat een rot school. Ze hebben niet eens een potlood”.
Een vader zei eens tegen zijn zoon: “Jongen, het wordt tijd dat je wat gaat leren, dus haal ik je van school!”
Het Nederlands is een levende taal. Woordkeus en gezegdes veranderen. De jongste generatie is daarin vindingrijk en taalgevoelig. Voorbeelden daarvan zijn:
'dat trek ik niet meer' ík ben gewoon into you, weet je wel' dat gaat hem niet worden'
'super leuk, cool en gaaf', 'daar ben ik een beetje klaar mee'.
Een hele mooie passage van onze Jan Smit is de volgende: Wie zijn hoofd vult in plaats van zijn zakken, kan nooit beroofd worden.
En dan de volgende!!!!!!
Achter de toonbank van de winkel stond een engel.
Ik vroeg: 'wat verkoopt u hier?' Wat U maar wilt. Eigenlijk alles'
“Vrede, zou ik graag willen, overal”zei ik. “En nergens meer onderdrukking. Geen honger , geen jaloezie, geen corruptie. Veel hoop, erg veel hoop in ieders leven. En een thuis voor elke vluchteling“.
“U begrijpt mij verkeerd“, zei de engel.
“Wij verkopen geen vruchten, enkel zaden.......”
Daar moet je even over nadenken.
Zelfs in je dromen wordt je soms op het verkeerde been gezegd.
In mijn droom liep ik op een zonnige dag in de natuur. De eerste persoon die ik tegen kwam zat aan de kant van een sloot. Wat doet u daar? vroeg ik. Spijkers op laag water zoeken.
De tweede verkocht knollen voor citroenen. De derde hield ieder passant tegen en spelde wat op de mouw.
Weer verder had iemand een grote zeef in zijn handen. “waar is dat voor?“ vroeg ik.
“Daar stop ik Haarlemmers in”. Hij stond daar bekend als de muggenzifter.
De volgende persoon stond met zijn rug naar mij toe. Toen hij mij bemerkte, begon hij uit zijn nek te kletsen.
Toen werd ik gelukkig wakker.
Alles verandert en veel wordt afgeschaft. Hier in huis zei iemand: “ik hoop dat ik dood ga voor ze de hemel afschaffen!!!”
En nu is het D...woord toch gevallen. Daarom dan nog het antwoord van iemand die dit hoorde:
Nou, van de hemel moet je het ook niet hebben. Daar wordt je in een kist en op een baar in geschoven.
Mijn motief is dus: pluk de dag......maar laat wat hangen voor morgen!!!!!
P.S.
De houtwurm had het naar zijn zin. Hij zong uit volle borst toen hij zijn voedsel binnen liep: “de palen in..... de laden op......
Er zijn twee soorten genen. De genen die het weten en de genen die het niet weten!!!
Tot slot: een dove heeft gehoord, dat een stomme heeft verteld dat een blinde heeft gezien dat een lamme heeft gelopen. (titel van deze column: het verkeerde been)
Jan Larsen
Haarlem, 1 mei 2021
Mijn 4 mei
In vorige columns heb ik regelmatig gesproken over vrijheid. Dit n.a.v. 75 jaar vrijheid na de tweede wereldoorlog. Ook omdat de maand mei daartoe uitnodigt.
Aan het begin van deze maand komen 4 en 5 mei in zicht. In de vorig jaar geschreven column (nr.14) maakte ik in een tussenzin heel kort melding van het feit dat ik namens de Reinaldagroep een krans mocht leggen bij het monument hier in het park.
Dat heeft mij toen erg aangegrepen. Slechts via de groepsapp van onze vereniging vertelde ik dat dit in het Haarlems Nieuwsblad heeft gestaan.
Maar de echte reden van mijn emoties vertelde ik nooit. Namelijk de volgende column was weer in juni en dan terug blikken naar begin mei, valt niet goed. Maar toen al dacht ik, dat nu -een jaar later- de tijd was gekomen daar iets meer over te vertellen.
In de zomer van 1963 zijn Anne en ik getrouwd. Precies 9 maanden + één dag later werd onze zoon Albert-Jan geboren. Dat is dus een vruchtbare huwelijksnacht geweest!!!!! In het ziekenhuis via de keizersnee. Er waren aan weerskanten van de baarmoeder 2 gezwellen gegroeid die een normale geboorte verhinderde. Bij de keizersnee werden ook deze gezwellen weggenomen.
En de datum van de geboorte was......4 mei 1964.
We waren beiden intens gelukkig. Toen al vroegen we de arts of het niet een dagje later mocht komen. De urgentie was te groot. Dus werd het 4 mei.
Iedereen van de familie en vrienden adviseerde ons de verjaardag een dag later te vieren. Want na zo'n zware ingreep was Bevrijdingsdag toch een prachtig symbool.
Na een week of twee mochten Anne en de kleine naar huis en begon ons gelukkige jonge leven. Nou ja, twee dagen na de geboorte stond ik al weer voor de klas. Tegenwoordig heet dat groep 7, maar toen was dat klas 5. Ouderschapsverlof...daar had men nog nooit van gehoord.
Toen sloeg het noodlot toe. 4 ½ maand later (6 dagen voor mijn verjaardag) stierf onze kleine aan hersenvliesontsteking.
Als in een roes zijn de dagen erna – met eredienst – begrafenis – kaartje opstellen – toespraak maken – afspraken met instanties regelen – voorbij gegaan. De dag na de begrafenis stond ik weer voor de klas. Rouwperiode....nooit van gehoord.
En zo was dat in die tijd....je moet flink zijn. Ik kan me niet herinneren dat ik gehuild heb. Maar de pijn van binnen zal ik nooit vergeten.
Het geloof van vroeger (katholiek) heb ik al lang achter me gelaten. Je moet zelf wat van het leven maken. Dat heb ik proberen te doen. En over het algemeen is me dat redelijk gelukt.
En toen werd het 1 mei 2020. Ik kreeg een mail van het huis hier met het verzoek de krans te leggen op 4 mei. MIJN datum.... ONZE datum.
Er ging van alles door mij heen. En dan plotseling hier achter het scherm van mijn computer kwamen uit het niets de tranen. Niet te stoppen. Minuten lang.....
En het was net of er een klein stemmetje van boven zei: ik zal die ouwe daar beneden even bedanken dat hij me na al die jaren niet vergeten is.
Dat waren dus mijn diepere emoties bij die kranslegging van 2020.
Ik denk dat Anne van boven glimlachend meegekeken heeft.
Jan Larsen
Haarlem, 1 april 2021
Geen dag meer hetzelfde!
In deze coronatijd heb ik een beetje een vast patroon om mijn dagen door te komen.
Na mijn wekker hartgrondig verwenst te hebben, en mijn ergernissen binnensmonds onverstaanbaar in mijn kussen gedeponeerd te hebben over het net gehoorde nieuws van 8.00 uur, besluit ik toch maar een kwartiertje later, mijn inwitte benen buiten boord te gooien.
Voor ik mijn humeur weer op orde heb, moet er het een en ander gebeuren. In ieder geval het indirect licht (Led) boven de keukenkastjes aan. Dan zie ik het koffiezetapparaat beter. Want dat is het volgende grote doel. Zonder koffie geen dag om te genieten. Dan een half uur poedelen in de badkamer. Vervolgens minstens vijf minuten (soms een kwartier) overdenken welke kleren ik vandaag zal aantrekken en dan het ontbijt klaar maken. Zachtjes hoor ik het doorlopen van het water in de koffiemaker. Dat is geruststellend. Staat mijn boterhammetje op de eetkamertafel klaar met daarnaast een dampend kopje koffie.... Dan met mondkapje voor, naar beneden voor de kranten. De Volkskrant en het Haarlems Dagblad. Eenmaal weer boven ,dan kan de dag beginnen. De ellende van de wereld consumeren, met een hap brood in mijn mond.
Intussen is het “bromhumeur” van een uur eerder verdwenen, en de ellende uit de kranten glijden gelukkig vrij snel van mij af.
Zo dat is dan het begin van elke dag. Bijna elke dag!
Vrijdag 12 maart belde onze voorzitter Remco op. Gelukkig had ik mijn 2e kopje koffie naast mij staan. Ik heb slecht nieuws voor je, zo was zijn inleiding. In een flits ging van alles door mijn hoofd. Iemand ontslagen door corona? Iemand heeft een ongeluk gehad? Iemand die zijn lidmaatschap heeft opgezegd? Nee , het was erger.
En hij vertelde het lot van onze Kees de Groot en zijn vrouw Gerda.
En dan zie ik meteen Kees voor me staan, zoals hij de biljartzaal binnenkomt. Een beetje schuifelend en rondkijkend. Altijd met weinig woorden, maar supervriendelijk. Goede avond zei Kees dan en met een consumptie neemt hij plaats aan de zijkant en wacht geduldig tot het zijn beurt is om te spelen.
Die bescheiden maar ook humoristische man ligt nu in het ziekenhuis te knokken voor zijn leven.
En dat beeld laat mij niet los. En dan het bericht van Wil een paar dagen later dat ook zijn vrouw er slecht aan toe is. En ook zij is opgenomen en zij liggen nu naast elkaar wachtend wat het lot hen brengt. Overgeleverd aan de goede zorgen van het verplegend personeel.
Maar vanaf nu is geen dag voor mij hetzelfde. Wat zouden die twee nog tegen elkaar zeggen? Blijven ze knokken, of leggen ze het bijltje erbij neer?
Even een opleving. Kees is van de beademing af en overgeplaatst naar een verpleeghuis om te revalideren.
Dan weer een domper. Kees is weer terug in het ziekenhuis. Hij kreeg een herseninfarct. En Kees is onrustig en opstandig. Ik hoor hem bijna zeggen: “Ik wil dit niet!” Kees die rustige man is opstandig. Zo ken ik hem niet.
Het krantennieuws lees ik nu 's morgens via de “koppen”. Veel vaker kijk ik op mijn mobiel naar de app's en de e-mails of er van Kees en Gerda nog nieuws is.
De regelmaat, het patroon zoals ik elke dag begin, is verbroken.
En hoe wrang: jl. zondag (28 maart) was Kees jarig en werd 81. Dat heeft Kees niet meer bewust meegemaakt. En de dag erna verslechterde de situatie. Met de familie was al afgesproken om geen levensverlengende behandelingen te doen.
Kees kwam dinsdag naar huis, naar het huis waar hij zijn levenlang gewoond heeft. Gerda mocht ook naar huis. En de familie kon afscheid nemen.
Ik had nog zo graag willen zeggen: Kees, wordt alsjeblieft weer beter. Kom gauw naar huis met Gerda en laat het weer zo zijn als vroeger! Jij bent ons rustpunt in ons cluppie! Geeft mij mijn dagpatroon weer terug!
Op een andere manier kwam je wel naar huis. Je kwam om afscheid van ons allemaal te nemen. Gisteren woensdag 31 maart 2021 om kwart over negen 's avonds heb je ons voor altijd vaarwel gezegd.
We rouwen om je. We wensen alle nabestaanden veel sterkte in deze moeilijke tijd.
Speciaal voor Gerda heel veel lieve groeten en kracht.
Na overleg met het bestuur heb ik gebruik mogen maken van de aantekeningen van dochter Miriam . Daarvoor hartelijk dank en voor Miriam heel apart mijn condoleances.
Jan Larsen
Haarlem, 1 maart 2021
Je komt er wel in...maar hoe kom je eruit!
Jongstleden vrijdag moest ik voor een behandeling aan mijn rug naar het ziekenhuis. Van tevoren kreeg ik vele voorschriften: Geen bloedverdunners (twee dagen voor de behandeling), geen auto rijden, identiteitsbewijs bij je, ook de lijst van medicijnen die je gebruikt. Alles had ik keurig geregeld. Een oud-medewerkster van het Reinaldahuis (nu gepensioneerd en vrijwilligster) kreeg voor een ochtendje mijn auto. Die reed me heen en terug. Mijn handtas met alle bescheiden over mijn schouder. En voor de arts van de pijnpoli een verrassing: het bewijs dat ik al voor de eerste keer gevaccineerd was tegen corona. Daar waren ze inderdaad echt blij mee.
Zonder enig probleem kwam ik waar ik wezen moest. Het lopen is de laatste tijd wat lastiger, maar met opgewekt humeur melde ik me bij het aanmeldingsloket.
Wachttijd... 1 ½ minuut. Ik kreeg een electrobehandeling. Een naald tussen de wervels door in de zenuw. Dan vijf minuten warmte en electro erdoor heen. En dan gaat u maar....! Het moment dat de naad de zenuw raakt was heftig (ondanks de verdoving). Het zoeken naar de juiste sterkte van de stroom was een ernstig moment. Gedurende een paar seconden ging mijn rechterbeen schokkend alle kanten op en neer onder helse pijn. Je spieren laten je dan geheel in de steek. Maar de arts gaf de twee assistenten snel de waarschuwing “minder...minder...” Vanaf dat moment was alles te dragen. Al snel mocht ik gaan....
Ja, wat denk je... niet naar huis. Ik werd in een rolstoel naar een zijkamertje gereden, en daar op een brancard gelegd. U moet hier een poosje bijkomen, zei een erg gedienstige verpleegkundige. Nee, uw chauffeuse hoeft voorlopig nog niet te komen.
Nog niet waarschuwen. Wij zeggen wel wanneer het zover is.
Na vijf minuten vond ik het zat. Mijn benen opzij en de grond zoeken. De verpleegster er meteen bij. Niet ongeduldig worden... FF. proberen. Wat je dan voelt is met geen pen te beschrijven . Eén stevig been en de ander een losse flodder die doelloos ernaast zwabberde. Geen enkele steun. En de verpleegster wist al wat er ging gebeuren. Stond aan de goede kant en hield me tegen. In de 20 minuten erna herhaalde dit tafereel zich. Toen kon ik heel voorzicht rechtop staan. Maar géén stapje.
Pas na een ½ uur mocht ik mijn begeleidster app-en dat ze mocht komen. Doch ik werd weer in een rolstoel gezet die een vrijwilligster mee naar de 1ste verdieping had gebracht. Tot aan de lift en die lange gang door is veel te ver voor u. Dus werd ik -volstrekt invalide naar de lift gerold.
De rolstoelvrijwilligster (een grijzige vriendelijke dame) liet de lift geroutineerd naar boven komen. De rolstoel met mij erin en zij erachter vlot naar binnen. En gedienstig als ik naar dames ben, drukte ik op het “sluit-de-deuren-knopje”. Ho,ho...het andere knopje, hoorde ik achter me. Zo blijft ie open !!!! en een gehaaste arm schoof langs mijn hoofd naar het bedieningspaneel en er werd op het “deuren-open-knopje” gedrukt. Ik zei nee... hier moet u zijn , terwijl ik weer op het goede knopje drukte. Per slot van rekening zaten die knopjes op mijn hoofd-, handen-, ooghoogte.
Toen zij weer...die andere!!! anders blijft hij open en weer die arm langs me heen. Dit herhaalde zich drie keer. En elke keer keek de grijzige dame even met haar hoofd buiten de lift of er iemand daar op een knopje drukte. Ja, dan blijft die deur natuurlijk open. Hij doet het niet...zei ze wanhopig.
Ik wachtte tot zij even niet oplette en drukte snel op het goede “sluit”-knopje.
Ja, zei de dame triomfantelijk, ziet u wel: "nou doet ie het".
Toch de parterre bereikt. Op naar de hoofduitgang met de draaideur. Ik hield me nog net in om te vragen: "weet u welke kant de deur opdraait?" Keurig werd ik naar mijn eigen auto gerold, die precies op tijd arriveerde.
Met tranen op mijn gezicht schoof ik voorzichtig naar binnen. Mijn chauffeuse keek naar mij en vroeg: "heeft het zo pijn gedaan?" Nee, ik moet zo verschrikkelijk lachen.
Want je komt hier wel in... maar hoe kom je eruit ?
Jan Larsen
Haarlem, 1 februari 2021
Cadeautjes in Coronatijd
Het was nog vóór de coronatijd. Ergens in april. We mochten nog alles in het oude normaal.
Ik heb jullie in een eerdere column geschreven dat ik mijn caravannetje verkocht had aan een onderwijzer P. hier in Haarlem. Hij is er erg gelukkig mee. We beloofden elkaar toen dat we eens een glaasje zouden klinken op de verkoop. Tevens vonden we het beiden leuk elkaar beter te leren kennen. Maar eerst moest er gekampeerd worden. De zomer ging voorbij. Ik dacht: daar hoor ik niets meer van. Maar ergens in september kreeg ik toch de uitnodiging: “kom je een glaasje drinken”?
En dat was op het dakterras van zijn vriendin F. in Haarlem-Noord.
We zaten op veilige afstand van elkaar en het werden twee heel gezellige uurtjes. Zij is 44 jr. jong en hij 48 jr. jong. De twee jongens (12 + 13 jaar) van vriendin F. waren bij hun vader. En ik hoorde dat die twee knullen hun meester aan hun moeder gekoppeld hadden. Want beiden hielden erg veel van motorrijden.
Bij dit gezellige onderhoud kwam ook mijn hobby voor tekenen aan de orde. Zijn vader C. en hun hond Boris waren een paar jaar geleden overleden. Hij had wel foto's maar hij wilde ze graag samen op één afbeelding. Je krijgt de foto's wel opgestuurd.
Een paar weken later kon ik keuze maken uit een aantal afbeeldingen van C. en Boris.
Vlak voor Sinterklaas was het klaar. Ik maakte een mooi gedicht erbij en bracht het naar het adres van vriendin F. Op pakjesavond werd het uitgepakt.
Al de volgende dag kreeg ik van F. een geëmotioneerde app. Met heel veel dank . Ze waren er zo blij mee. Zelfs mijn vriend had het niet droog kunnen houden. Foto erbij: een zoontje op schoot om vriend P. te troosten. Dit zullen we nooit....nooit...vergeten.
Daarmee was de kous af.... Dat dacht ik. Maar al de volgende dag kreeg ik van F. nog een app. Met een uitgebreider verslag van die avond. Ik antwoordde er tevreden op. En weer kwam er een app. over haar ex (alcohol) en de moeilijke tijd die ze gehad had.
En zo ontstond er een berichtenwisseling tussen haar en mij die steeds vertrouwelijker werd. Natuurlijk vertelde ik over mij zelf ook persoonlijke dingen.
Een maandje later vroeg ik (almaar via de app) aan de vriend P. of hij op de hoogte was van deze vertrouwelijkheid. Een warme app. terug. Ja , F. had het hem verteld en hij genoot van de warmte die was ontstaan tussen haar en mij. Dat gaf mij rust en het was een uitnodiging om door te gaan. Zij deelde met haar vriend P. ook delen van de berichten die zij met mij had.
Wat later schreef zij dat zij werkte onder haar baas de minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zij was belast met een project voor beleidsvoornemens gecoördineerd door de “Wetenschappelijk raad voor het Regeringsbeleid” voor de komende 50 (!) jaar onder de titel : Samenleving in verscheidenheid.
Acht verschillende departementen doen daar aan mee. Zij zelf is communicatiedeskundige -afgestudeerd in Amsterdam.
En toen de vraag: Jan, wil jij vanuit jouw eigen positie eens nadenken over dit onderwerp en dat schriftelijk aan mij doorsturen. Wil je dit doen?
Hoeft niet hoor, om mijn beslissing makkelijker te maken.
Ik voelde mij best vereerd. Waar een tekening toe kan leiden.
En de laatste paar dagen heb ik al vier velletjes vol getypt. Dit houdt mij bij de les en ik heb het gevoel dat ik nog midden in de maatschappij sta.
Voor mij zijn dat cadeautjes:
-een lieve app vriendin
-een super aardige onderwijs vriend
-en een uitdaging tot een bijdrage aan beleidsvoornemens van ons land.
En dat in coronatijd. Dat houd me van de straat.........
Jan Larsen
Haarlem, 31 december 2020
Oudejaars column 2020
De Oudejaarscolumn 2020 van Jan Larsen was hier voor iedereen op deze website te lezen, Club70-leden én buitenstaanders.
De inhoud dit keer was evenwel uitsluitend bestemd voor Leden van Club70.
Daarom is de tekst, in overleg met alle betrokkenen, verwijderd en zal door de secretaris individueel aan alle leden worden toegezonden per email.
Volgende maand zal aflevering 21 gewoon weer op de site geplaatst worden.
Haarlem, 1 december 2020
Mensen met een handicap
Afgelopen week is Corrie van Gorp gestorven. Een multi-talent.
Ze begon als balletdanseres, en was later de gevierde diva naast Wim Sonnevelt, Willem Nijholt en André van Duin.
Ze trad ook op met een soloprogramma.
Geboren in het jaar 1942 en gestorven op 22 november 2020.
Ze is dus 78 jaar geworden.
In de afgelopen paar dagen kwamen er vele terugblikken op TV langs en die lieten zien welk een groot talent ze had.
Maar het is niet alles goud wat er blinkt. Velen kijkers zal het ontgaan zijn, maar in de jaren 2007 tot 2009 is Corrie overvallen door een onbeschrijfelijke angst om op te treden. Een soort “faalangst”. Ze is verhuisd naar Aruba en kwam hier niet meer in de publiciteit. Ze durfde het toneel niet meer op.
Twee Jaar geleden is zij na maanden van voorbereiding en overreding nog even het toneel op geweest. Dat was bij het feest van 100 jaar bestaan van theater Luxor in Rotterdam. Maar dan moest Paul de Leeuw meezingen anders kwam ze niet. Ze zong: “diep in mijn hart”. Daar werd zij voor haar oeuvre groots geëerd.
Waarom vertel ik dit hier? Toen ik dit hoorde dacht ik ineens weer aan een hele bekende biljarter uit Haarlem. Uit een echte biljartfamilie.
Namelijk Bertje Engwerda. Het verkleinwoord was ter onderscheiding van zijn vader
Officieel: Lambertus (Bert) Engwerda zoon van Bert Engwerda: café-eigenaar in de Lange Begijnenstraat. Vlak bij de Toneelschuur.
Vader en zoon Engwerda konden beiden goed biljarten. Maar zoon Bertje werd al snel veel beter dan vader. Ik heb menig partij tegen hem gespeeld in de kaderklasse.
Bertje was 10 jaar jonger dan ik, geboren een paar dagen voor de bevrijding in 1945.
Het was altijd prettig toeven bij de familie. Vader was een geboren Amsterdammer en bij hem was het altijd een gezellige “kroeg-sfeer”. Helaas is Vader veel te jong overleden (nog geen 50 jaar).
Bertje was geen type om de horeca in te gaan. Maar we bleven hem nog een aantal jaren tegen komen bij de competitie. Een jaar of 15 geleden trok Bertje zich bijna geruisloos terug uit de biljartwereld.
En voor ingewijden was dat logisch. Want Bertje kreeg -net als Corrie van Gorp- faalangst bij het spelen. Het was moeilijk om ernaar te kijken. Hij wilde stoten, maar kreeg zijn keu niet vooruit. Opnieuw aanleggen, maar weer stokte het. Zo...wel 10 of meer keren per carambole. En de kwaliteit van spelen vloog omlaag. Eigenlijk dramatisch. Het besluit te stoppen begreep iedereen.
Ik heb hem een jaar of vier/vijf geleden hier nog gezien, want hij bracht voor de apotheek medicijnen weg. Hij deed dit op aanraden van zijn dochter die apothekeres was. Hij was toen heel vrolijk en gezond.
Maar toch schrok ik door de overlijdensadvertentie op 22 september jl. Bertje was overleden in de leeftijd van 75 jaar.
Een hele goede biljarter en een fijn mens. Maar die handicap blijf ik me nog het meest herinneren.
Jan Larsen
Haarlem, 1 november 2020
Beter Horen
Een jaar of twee geleden liet ik mij overhalen om naar een “hoorspecialist” te gaan.
Dit advies werd mij gegeven door een gepensioneerde huisarts die hier bij mij in het Reinaldahuis woont. Hij had zelf ook oordopjes en was zeer tevreden.
Ga naar Beter Horen in Heemstede. Hele persoonlijke bediening en klantvriendelijk.
Nou, dacht ik, een huisarts weet wel wat en kan ik vertrouwen.
Dus op een goede dag zat ik daar met een koptelefoon op een knopje te drukken.
Bij elk hoog of laag piepje een drukje.
Tja, uw gehoor is inderdaad niet al te best meer, legde de vriendelijke dame mij uit.
En met een ½ uur stond ik buiten met twee doosjes: een voor beide oren een gehoordoppie en een voor een stuk of 30 superkleine mini batterijtjes. Om de twee dagen een nieuw batterijtje erin doen, was de opdracht. Ik mocht ze zonder verplichtingen 14 dagen uitproberen.
Thuis gekomen ben ik ongeveer een uur bezig geweest om de apparaten mét batterijen in mijn oren te frommelen. Intussen was ik al twee batterijtjes kwijt. Bij het inzetten vielen ze uit mijn plompe vingers op het hoogpolig kleed van mijn zithoek.
Nooit meer terug te vinden. Les.... dit soort dingen moet je niet doen vanuit de luie zetel van de zithoek, maar aan de eettafel met gladde ondergrond op en onder de tafel. Ik had toen al een hekel aan die dingen.
Na een paar uur begonnen ze te kriebelen. En met de hele dag alleen thuis had ik er niets aan. De radio , T.V. en telefoon kon ik harder zetten.
Buiten in een winkel en bij biljarten had ik veel hulp met het kijken naar gezichtsuitdrukking en lippen.
De hulpmiddelen gingen weer in het doosje en -na 14 dagen- aanhoorde de vriendelijke dame van Beter Horen glimlachend mijn bevindingen.
Geef maar terug en kom over een paar jaar maar weer langs als het slechter gaat.
Opgelucht stond ik weer buiten .
Maar nu, in de coronatijd , zit ik wel een beetje in de problemen. Steeds meer mensen dragen een mondkapje. Nu was ik alleen op mijn gehoor aangewezen.
Ik zag geen lippen meer.
Sinds een week of twee heb ik wat meer contact met een oud-medewerkster van het Reinaldahuis. Ze woont in onze wijk, niet ver van mij vandaan. Ik werd uitgenodigd om bij haar te komen eten. Borreltje vooraf, boerenkool met worst en likeurtje erna. Heel gezellig.
Ze vertelde dat ze de opleiding “doventolk” had gedaan. Wouw!!! Dat was wat voor mij.
Bij meer contact met haar kon ik haar beter “verstaan”. En het is een zeer aardig mens. Dus dat kwam mij goed van pas.
Maar.....wie heeft voor mij een snelcursus gebarentaal ? Dat was ik even vergeten! Nu takel ik toch een beetje af!!!
Tot volgende maand, zonder Sinterklaas, Kerstmis en jaarwisseling????
Waar moet ik het dan over hebben?
Jan Larsen
Aan het eind van de jaren zeventig van de vorige eeuw, was er voor ons beiden,
Anne (mijn vrouw zaliger) en ik, aanleiding om ons leven een flinke draai tegeven...